Psychomotorische psychologie is een combinatie van bewegingstherapie en cognitieve therapie, die geschikt is voor kinderen die vastlopen in hun ontwikkeling. Kinderen uiten hun problemen nonverbaal en verbaal, in hun gedrag, houding en beweging.
Deze therapie helpt kinderen zichzelf meer te begrijpen door middel van voelen en cognitieve gedragstherapie. De psyche en het lichaam staan met elkaar in verbinding. Door omstandigheden, situaties die kinderen mee maken komen lichaam en psyche te veel los van elkaar waardoor er allerlhande problemen ontstaan. Via deze therapie worden psyche en lichaam weer met elkaar in verbinding gebracht. Ieder kind krijgt een behandeling op maat, waarbij de inhoud en wijze van behandeling afgestemd wordt. Er wordt zowel cognitief, bewegingsgericht als lichaamsgericht gewerkt. Het gaat hierbij om werkvormen die onder andere afgeleid zijn van de cognitieve gedragstherapie, relaxatiemethodieken, aspecten uit Mindfulness Based Stress Reduction en psychomotorische technieken. Het verschil met psychomotorische therapie is dat deze therapie een combinatie is van psychologie en psychomotorische therapie, waarbij er zowel verbaal als non-verbaal gewerkt wordt en er dus veel dieper op de problemen ingegaan kan worden. Ook is de achtergrond van de universitair opgeleide therapeut veel verder gespecialiseerd.
Kortom: Psychomotorische psychologie is een doe en denk-therapie waarbij je actief werkt aan het (zowel rationeel als gevoelsmatig) veranderen van denk en gedragspatronen.
Deze therapievorm is te gebruiken voor uiteenlopende problematieken zoals:
- verwerken van prikkels
- angst- en stemmingsstoornissen
- gedragsstoornissen
- kinderen die moeite hebben met contact maken
- emotieregulatie problematieken
- een laag zelfbeeld
- kinderen die hun eigen grenzen niet kunnen aangeven.
- kinderen die slecht met woede en spanning kunnen omgaan. Ze leren eerst nadenken en dan pas te handelen.
- kinderen die moeite hebben om dingen los te laten en soms teveel de controle willen behouden.